Deelname OKAN-jongeren aan vrije tijd blijft laag volgens onderzoek UGent

item_left

(c)stampmedia

item_right

Deelname OKAN-jongeren aan vrije tijd blijft laag volgens onderzoek UGent

Document

Deelname aan het (georganiseerde) vrijetijdsaanbod heeft een positieve impact op het welzijn, de integratie en inclusie van jongeren kort na hun migratie. Voor deze jonge nieuwkomers biedt vrijetijdsparticipatie een kans om (Belgische) leeftijdsgenoten te ontmoeten, om het Nederlands in een meer informele, buitenschoolse context te leren gebruiken en om hun zorgen te helpen vergeten. Toch stelt een recente studie vast dat de participatie van jongeren in het 'onthaalonderwijs voor anderstalige kinderen' (OKAN) aan het vrijetijdsaanbod, beduidend lager ligt dan bij hun leeftijdsgenoten in het reguliere onderwijs. Vooral de aansluiting bij verenigingen blijft eerder beperkt.

De gevolgen laten zich ook voelen. Nieuwkomers zijn merkelijk minder tevreden over de vrije tijd dan hun leeftijdsgenoten. Ze verklaren dat ze zich vaak vervelen in de vrije tijd en 4 op 10 voelt zich vaak alleen. Jongeren die in een opvangcentrum wonen geven nog vaker dan andere OKAN-leerlingen te kennen ze te weinig vrije tijd hebben. De taalbarrière vormt voor vele jongeren een belangrijke drempel voor zowel het beoefenen van activiteiten als voor het lidmaatschap van verenigingen. Terwijl het leren van het Nederlands een absolute prioriteit blijkt te zijn voor jongeren die recent migreerden naar België. Taalverwerving gaat vaak voor op meer recreatieve vrijetijdsbesteding en wordt veelal gezien als een voorwaarde die eerst voldaan moet zijn vooraleer men kan participeren aan het verenigingsleven. Naast de taalbarrière spelen ook sociale en informatiedrempels een belangrijke rol.

Op die manier dreigt een vicieuze cirkel. Hun beperkte kennis van het Nederlands en beperkte sociale contacten ontnemen deze jongeren verdere kansen om hun Nederlands te verbeteren en nieuwe mensen te leren te kennen. Gezien de positieve impact van (georganiseerde) vrijetijdsbesteding op integratie, welzijn en inclusie van jonge nieuwkomers, is het voor de onderzoekers dan ook cruciaal dat aanbieders van vrijetijdsactiviteiten bewust worden gemaakt van de voordelen die vrijetijdsparticipatie kan hebben voor bijvoorbeeld de taalverwerving of het uitbouwen van een sociaal netwerk. Aanbieders kunnen daarbij ook gestimuleerd worden om hun activiteiten zo vorm te geven dat beheersing van het Nederlands geen noodzakelijke voorwaarde is voor deelname (of dit tenminste niet als dusdanig gepercipieerd wordt door de jonge nieuwkomers).

Omwille van de uitgesproken behoefte aan sociaal contact die uit de cijfers naar voren kwam, is het belangrijk om meer ontmoetingskansen tussen OKAN-leerlingen en leeftijdsgenoten (inclusief jongeren van buiten het OKAN) te creëren, zowel binnen als buiten de schoolmuren. Dit zou bijvoorbeeld kunnen via multisportpleintjes of vrij toegankelijke culturele of sociale ontmoetingsplaatsen, waar nieuwkomers op een laagdrempelige, toegankelijke manier kennis kunnen maken met het vrijetijdsaanbod.

Omdat nieuwkomers zich het meest alleen voelden of verveelden in periodes buiten school, zoals in de periode voor het OKAN en in de zomervakantiemaanden, kan het voor aanbieders ook interessant zijn om te kijken op welke manier ze in die specifieke periode betekenisvolle activiteiten kunnen aanbieden voor deze doelgroep.

Ten slotte is het belangrijk om te kijken welke initiatieven opgezet kunnen worden om precaire groepen zoals jongeren in asielcentra ook mee te krijgen naar het vrijetijdsaanbod. Informatieverstrekking is daarbij een eerste stap, maar ook een meer actieve toeleiding is wenselijk - ook via ouders, begeleiders en voogden - naast het voorzien van voldoende mogelijkheden om zich naar de locatie van het vrijetijdsaanbod te verplaatsen.

Vanuit Demos wijzen we graag op het succesvolle bruggenbouwproject in Lier en naar de ondersteuning van jeugdwerkaanbieders, onder andere door Tumult of de Ambrassade.