Demos is een team nomadische kenniswerkers. We volgen maatschappelijke ontwikkelingen die de cultuur-, jeugdwerk- en sportsector vormgeven en werken aan gelijkheid en participatie. We staan voor cultuur, jeugdwerk en sport die aansturen op maatschappelijke veranderingen en bouwen aan een meer open, inclusieve en democratische samenleving.
Plazey, een toegankelijk festival
item_left
item_right
Plazey, een toegankelijk festival
De Brusselse Gemeenschapscentra De Platoo (Koekelberg) en De Zeyp (Ganshoren) organiseren al 31 jaar Plazey. Een festival met een naam en traditie in het Elisabethpark. Maar ondanks de inspanningen om een divers publiek aan te trekken, stelde GC De Platoo vast dat ook veel mensen niet bereikt worden: "mensen met een beperking, mensen in armoede, mensen met een gekwetste ziel of een soms problematisch verleden", vertelt Lies Van Overschée, centrumverantwoordelijke van De Platoo. Dus kozen ze ervoor om de verandering in te zetten en van Plazey een toegankelijk, inclusief en transparant festival te maken.
Grote ambitie, kleine stappen
De Platoo begint natuurlijk niet van nul, maar het gemeenschapscentrum wou in 2023 wel nieuwe en concrete stappen zetten. Tegelijk heel bewust dat dit een lang en diepgaand proces is dat je niet van de ene dag op de andere realiseert. Het vraagt dat de hele organisatie, van bestuur tot team en vrijwilligers, mee zijn in het nieuwe verhaal – want elke verandering begint vanbinnen uit. De Platoo wil die verandering ook naar buiten toe zichtbaar maken, zodat iedereen zich welkom voelt en het festival én het gemeenschapscentrum ook echt een weerspiegeling zijn van de buurt. Het Plazey festival van augustus 2023 was een moment om die eerste nieuwe stappen zichtbaar te maken. Met ruimte voor experiment, vallen en opstaan, en vooral toewerken naar nieuwe stappen voor de toekomst.
In 2023 richtte Plazey zich meer dan ooit op haar stedelijke wortels. Gedaan met de grote namen uit de muziek, want de programmatie werd onder meer in handen gelegd van lokale Brusselse jongeren. En ook op de toegankelijkheid van het festival werd ingezet. Lies benadrukt dat het belangrijk is om met de buurtgemeenschap in dialoog te gaan en zich als gemeenschapscentrum in te zetten voor de stad. Door het Plazey festival anders aan te pakken, zoals bijvoorbeeld de programmatie, de gratis toegang, de specifieke aandacht voor mensen die maatschappelijk kwetsbaar zijn, en de betrokkenheid van meer dan honderd vrijwilligers, zorgen de organisatoren voor een doorgedreven verankering in het lokale én grootstedelijke gemeenschapsleven.
Demos begeleidt De Platoo in dit proces met een traject “Platoo Inclusief” dat drie jaar loopt. Samen met Lies van Overschée van De Platoo blikken we terug op de eerste nieuwe stappen die werden gerealiseerd in het kader van het Plazey festival 2023.
“Je droomt van een radicaal toegankelijk, inclusief en transparant festival. Maar daarvoor zullen we ons eigen referentiekader voortdurend in vraag moeten stellen”, verheldert Lies Van Overschée, centrumverantwoordelijke GC De Platoo.
Hoe begin je aan zo’n ambitieus plan?
Lies: "Om de drie doelstellingen – toegankelijk, inclusief en transparant – concreet te maken, heeft het team De Platoo verschillende stappen gezet. We gingen bijvoorbeeld in gesprek met organisaties die wél de noden en beperkingen kennen van de mensen die nog niet bereikt worden. We brainstormden over oplossingen en testten het park op alle mogelijke drempels."
"Het festival speelt zicht in de openbare ruimte af. Het is dan ook belangrijk om hier bewuster mee om te gaan. Waar de publieke ruimte vroeger werd ‘overgenomen’ en diende als outdoor podium, ook bij Plazey, wordt er nu gepraat en overlegd met de reguliere gebruikers van het park. Hoe en wat kunnen of willen zij bijdragen? Van mee beslissen over het programma, tot mee bouwen of voor de omkadering van het festival zorgen. In de zomer, de aanloop naar het festival, plaatsten we een container in het park, als een plaats die uitnodigt om rond te hangen, activiteiten te organiseren, en vooral dagelijks informele gesprekken mogelijk te maken.”
De jongeren die een deel van de programmatie in handen kregen, zochten we bij ons in de buurt. Sommigen hadden bij De Platoo al residenties met hun artistieke werk, of namen al deel aan andere artistieke projecten van de Brusselse gemeenschapscentra (N22). Een nieuwe groep jongeren was Club 1030, een traject vanuit het Schaarbeekse gemeenschapscentrum De Kriekelaar, waar jongeren samenwerken in een opnamestudio en hun eigen evenementen organiseren. Voor hen was Plazey een grote kans en erkenning.
Met welke zichtbare fysieke ingrepen maakten jullie deze ambitieuze verandering concreet?
Lies: “Samen met ervaringsdeskundigen werden er enkele fysieke aanpassingen doorgevoerd om het festival toegankelijker te maken. Zowel op vlak van bereikbaarheid, bijvoorbeeld met vrijwilligers om mensen te begeleiden van en naar aan het Brusselse Noordstation, als op het festivalterrein zelf: vrijwilligers maakten er de mensen wegwijs op het terrein, als een soort wandelende infopunten, of met signalisatie-icoontjes die geen tekst nodig hebben om ze te begrijpen. Voor doven en slechthorenden was er een doventolk op en naast het podium, die minstens de presentatie en de uitleg van de verschillende workshops in gebarentaal kon omzetten. Daarnaast hadden we een programma en prijslijst in braille, en ook een speciaal ‘in ear’ systeem ter beschikking voor deze groep, dat ervoor zorgt dat doven de muziek kunnen voelen.
Samen met een rolstoelgebruiker hadden we het festivalterrein verkend op mogelijke obstakels en zwakke punten in het Elisabethpark, die we dan met enkele extra ingrepen zo goed mogelijk hebben weggewerkt. We creëerden ook een rustigere ruimte in het park, met enkele intieme concerten voor mensen die het moeilijker hebben met de vele prikkels en drukte van een festival.
Festivals worden vaak ook als dure vrije tijd beschouwd. Daarom hebben we expliciet gecommuniceerd dat er geen verplichting is om te consumeren. Mensen mochten hun eigen drank en eten meebrengen. We boden gratis water aan, frisdrank kwam van lokale leveranciers en werd heel goedkoop aangeboden. Alcoholische dranken zochten we ook lokaal maar waren wel wat duurder.”
Heel wat voorbereidingswerk dat niet meteen zichtbaar is voor het grote publiek?
Lies: “Naast de ingrepen op het festivalterrein zelf, werden ook verschillende initiatieven genomen achter de schermen, die niet meteen zichtbaar waren voor het grote publiek. Die ingrepen moet je eigenlijk vanaf het begin meenemen, in het hele voorbereidingsproces en opbouw naar zo’n festival. Het gaat bijvoorbeeld over de programmatie: kiezen voor prikkelarme concerten en voorstellingen voor een beperkt publiek, expliciet kiezen voor een voorstelling door mensen met een beperking, of ook een deel van de programmatie in handen van jongeren, buurtbewoners en vrijwilligers leggen. Dat zijn keuzes die je van meet af aan moet maken.
Maandelijks werden er overlegmomenten georganiseerd, soms als vergadering, soms als wandeling door het park, soms als ontbijt. Tijdens die momenten bespraken we dan de algemene visie, het programma, het prijzenbeleid en al de ingrepen die we wilden doen. Zo legden we met de betrokkenen een heel traject af: van consument van het festival naar medeverantwoordelijke, ook over thema’s die hen niet meteen aanbelangen.
Ook rond communicatie vraagt dat het nodige denkwerk als je die lijn wil doortrekken. Zo bouwden we de website op na een opleiding door AnySurfer, die organisaties begeleidt naar een toegankelijker internet, ook voor wie slecht ziet, slecht hoort, of niet zo snel met de vinger is. Teksten op de website konden zo omgezet worden door de gebruikers in gesproken bestanden.”
Om zulke veranderingen door te voeren is heel wat expertise nodig. Hoe hebben jullie die bijeengebracht om zo de goede keuzes te maken?
Lies: “De keuzes van al die ingrepen voor en achter de schermen werden genomen op basis van gesprekken met organisaties: armoedeverenigingen, Viernulvier, Zonnelied vzw, een organisatie die mensen met een beperking of psychische kwetsbaarheid ondersteunt, en blinden- en dovenorganisaties. In de opvolging en voorbereiding naar het Plazeyfestival van 2024 willen we veel meer gesprekken voeren, ook met scholen, gezelschappen, enz.
Naast toegankelijk en inclusief, willen jullie ook transparant zijn. Hoe maak je dat concreet?
Lies: “Hoewel minder zichtbaar maar ook belangrijk voor De Platoo maakten we werk van meer transparantie rond het festival en de organisatie ervan. Het hele budget en de herkomst van het geld werd op de website openbaar gemaakt. Mensen worden ook uitgenodigd om mee na te denken indien ze niet akkoord gaan met de inzet van de middelen.”
Ongetwijfeld zijn er nog heel wat uitdagingen om aan te pakken… wat en hoe zien jullie de volgende stappen in dit proces?
Lies: “2023 was een test met enkele nieuwe stappen, maar die voor bepaalde mensen toch wel al een groot verschil kunnen maken. In de opvolging willen we die aanpassingen evalueren met iedereen die betrokken was – of nog niet betrokken was – om volgend jaar weer nieuwe stappen te zetten en nóg sterker te experimenteren. Met de betrokkenen van vandaag en nieuwe mensen. Uiteindelijk is het de bedoeling om in 2025 – na drie jaar bouwen en experimenteren – er te staan met een nieuw festival dat echt inclusief, toegankelijk en transparant is.
Tegelijk willen we alle stappen die we met Plazey namen, ook doortrekken naar de hele werking van De Platoo: in onze werking als gemeenschapscentrum, dus met het team, het bestuur, onze vrijwilligers, maar ook in onze communicatie, en onze programmatie het hele jaar door. Dat is een uitdaging waar we vanaf het najaar 2023 mee willen starten en mee naar buiten willen komen. Demos zal ons hier verder begeleiden met een focus op de niet-bereikte groepen en een inclusieve werking. Tegen 2025 willen we eindigen met een nieuw charter om de verandering duurzaam te verankeren.”