BXL NORD. In gesprek met Els Rochette van Globe Aroma

item_left

item_right

BXL NORD. In gesprek met Els Rochette van Globe Aroma

Artikel

BXL-NORD is een sociaal-artistiek project van Globe Aroma in samenwerking met Kaaitheater en dienstencentrum De Harmonie. De in 2002 opgerichte Brusselse sociaal-artistieke organisatie Globe Aroma stimuleert ontmoetingen in de stad. Ze laat mensen kennismaken met de rijkdom van andermans cultuur en creëert kansen voor vluchtelingen en nieuwkomers met artistieke capaciteiten. Voor het project BXL-NORD gingen kunstenaars Jan Geers en Jamal Boukhriss maandenlang aan de slag met een heterogene groep mensen. Samen ontwikkelden ze een fictief verhaal dat zich afspeelt in de Brusselse Noordwijk, die gekenmerkt wordt door het deels gefaalde Manhattan-project en de stroom aan migranten als gevolg hiervan. Op 17 december woonden zeshonderd toeschouwers de première van de film bij in het Brusselse Kaaitheater. Dēmos ging in gesprek met Els Rochette, drijvende kracht en coördinator van Globe Aroma. 

Fictiefilm over en met de Brusselse Noordwijk

Dēmos: Hoe is het idee ontstaan om een film over de wijk Brussel-Noord te maken?
Els Rochette: “Vanuit Globe Aroma heb ik regelmatig verkennende gesprekken met diverse kunstenaars. Zo had ik enige tijd geleden een ontmoeting met Jan Geers. We voelden toen al dat er een klik was, dat er zin was om ooit iets samen te doen zonder dat het op dat moment duidelijk was wanneer en hoe dat zou kunnen. Jan had al kortfilms gerealiseerd met mensen die geen professionele acteurs zijn, en dat sprak me aan. Want alle projecten van Globe Aroma worden gedragen door de deelnemers zelf. Daarnaast werkt Globe Aroma altijd samen met partners, we voeren geen enkel project alleen uit. Zo hadden we al een tijd gesprekken met het Kaaitheater, waarin we zochten naar mogelijke samenwerkingen om iets voor elkaar te kunnen betekenen. Soms komen de ideeën voor projecten van de kunstenaars zelf. Voor BXL-NORD zijn we op vraag van Jan Geers in de wijk Brussel-Noord terechtgekomen. En omdat het Kaaitheater daar gelegen is, wilden we dit project met hen realiseren. In de wijk Brussel-Noord woont een zeer diverse mix van mensen: van Europese parlementairen tot mensen zonder papieren. Zonder dat we een concreet plan hadden, voelden we met het Kaaitheater dat we in deze wijk samen iets wilden doen, en uiteindelijk besloten we ervoor te gaan en een film te maken met mensen uit de Noordwijk.”

DēmosHoe bereik je dan mensen om deel te nemen aan het project?
Rochette: “Enerzijds via ons eigen netwerk en anderzijds via partnerorganisaties. Omdat subsidiedossiers twee jaar op voorhand ingediend worden, is het niet altijd evident om op dat moment al gesprekken met partners te voeren. Je moet lang op voorhand plannen maken, en soms kan de context van de wijk of de situatie van de partnerorganisatie ondertussen veranderd zijn. We zijn in de Noordwijk gaan zoeken naar partners. We hadden door eerdere projecten al contacten met het Klein Kasteeltje, een opvangcentrum voor asielzoekers dat in de wijk gelegen is. We zijn ook met buurthuizen en met een jeugdhuis gaan praten. Bij het jeugdhuis merkten we terughoudendheid en zelfs argwaan, door negatieve ervaringen in het verleden. Ze hadden bij vorige samenwerkingen het gevoel dat de jongeren na het project zonder nazorg aan hun lot overgelaten werden. We zijn ook langsgegaan bij De Harmonie, een dienstencentrum en sociaal restaurant dat er mee voor wil zorgen dat de ouderen en zorgbehoevenden uit de Noordwijk in Brussel langer en kwaliteitsvol zelfstandig thuis kunnen blijven wonen en sociale contacten kunnen leggen. Het enthousiasme dat de mensen van De Harmonie uitstraalden over hun actieve culturele werking zorgde bij mij meteen voor vertrouwen. Uiteindelijk hebben we dan ook beslist om ons vooral te richten op het Kaaitheater en dienstencentrum De Harmonie als voornaamste partners om de film te maken. Buurthuis Millénaire is aanvankelijk niet in het project gestapt, maar heeft ons uiteindelijk wel logistiek ondersteund tijdens de filmopnames."

"Ons doel was om een groep deelnemers samen te stellen die divers was op verschillende vlakken (nationaliteit, leeftijd, talenkennis, opleidingsniveau…) en zowel nieuwe mensen bevatte als mensen die we al kenden van vorige projecten. Uiteindelijk kenden we een derde van de groep, zoals Mohammed, een van onze vrijwilligers. Houssein kenden we dan weer helemaal niet. Hij had al aan een theaterproject meegewerkt in Irak en wilde meedoen aan BXL-NORD om te kunnen acteren. Oorspronkelijk wilden we ook de midden- en hogere klasse uit de Noordwijk bereiken, maar dat is ons niet gelukt omdat deze mensen onder meer werken overdag en een heel ander netwerk hebben dan datgene wat wij kennen. Bovendien ontbrak de nodige tijd en mankracht bij Globe Aroma om dat te realiseren door het wegvallen van structurele subsidies. Maar we zijn ontzettend tevreden met het deelnemersaantal: 22 acteurs spelen een rol in de film, allemaal Brusselse mannen en vrouwen tussen 9 en 86 jaar met 10 verschillende nationaliteiten. Daarnaast zijn zes deelnemers actief ingezet op de filmset, binnen de decorploeg, als accessoirist, als assistent licht of als steward.”

Dēmos: Hoe is de kennismaking met de deelnemers aan het project verlopen? Hoe benaderden jullie hen? 
Rochette: ‘’We zijn een paar keer naar De Harmonie gegaan om er te eten in hun sociaal restaurant. De eerste keer is dat wat raar, dan voel je je een vreemde eend. Maar de volgende keren voel je je er al beter thuis. Kennismaking is een proces dat langs twee kanten moet gebeuren. We hebben samen met de mensen van De Harmonie besproken hoe we hun publiek het beste konden bereiken. Zo hebben zij een maandblad waarin we onze oproep konden plaatsen, maar om mensen concreet te betrekken zijn we met ‘de filmclub’ gestart. Mensen werden op een laagdrempelige manier uitgenodigd: ‘We gaan films tonen, kom je kijken?’ Zo vertoonden we drie dinsdagavonden een film in het Kaaitheater. Voor de film boden we een gezonde warme maaltijd aan, en nadien was er een nabespreking." 

"Tijdens een van de filmclubs toonde Jan Geers een van zijn eigen films. Dat gaf de deelnemers een idee van waarover het project zou gaan en tot welk resultaat het kon leiden. We legden tijdens de filmclubs ook uit dat we na enkele weken met workshops zouden starten en dat ze konden deelnemen. Voor de eerste workshop was er een dertigtal mensen, waarvan er uiteindelijk een vijftiental tot het einde heeft meegewerkt. De redenen waarom bepaalde mensen afhaakten waren verschillend. Sommigen gaven aan dat ze er geen tijd voor hadden, anderen verdwenen uit beeld zonder dat we goed konden volgen wat daarvan precies de reden was. Het publiek van De Harmonie bestaat uit senioren. Deze mensen hebben wel tijd, maar er zijn dan weer andere dingen waarmee je rekening moet houden. Om hen te motiveren om naar de workshops te komen, ging onze stagiair elke keer voor de workshop rond 16u naar het dienstencentrum om met de mensen te kaarten of Rummikub te spelen totdat het tijd was om samen naar het Kaaitheater te gaan. Zelfstandig naar het Kaaitheater stappen is voor sommigen al voldoende om af te haken, vandaar ons engagement om tijdig aanwezig te zijn en een band op te bouwen met de deelnemers."

"We vonden het belangrijk om de filmclubs in het Kaaitheater te organiseren, op ‘neutraal terrein’. Moesten we in De Harmonie gestart zijn, zou dat voor sommige nieuwkomers een drempel geweest zijn. Het Kaaitheater was echt de ideale plaats. We kregen er een rondleiding en in juni kregen we ook tickets om samen met de deelnemers naar een voorstelling te gaan kijken. Zo werd het Kaaitheater stilaan een vertrouwde plek, wat belangrijk was voor de artistieke workshops in de volgende fase van het project.”

Dēmos: Van kennismaking naar filmclubs naar workshops. Kan je voor de duidelijkheid even chronologisch het projectverloop schetsen?
Rochette: “Op 15 september 2012 hebben we een subsidieaanvraag ingediend en eind januari 2013 kregen we goedkeuring. Op dat moment zijn we opnieuw met de partners gaan praten en gestart met de opmaak van een concrete planning. We hebben met Jan Geers gesproken over de artistieke omkadering en uiteindelijk gekozen om Jan en Jamal Boukhriss als regisseurs aan te stellen. Op 26 april organiseerden we een infomoment, en vier dagen later startte al de eerste filmclub. Dat is heel snel, maar wij merken dat het voor onze doelgroep goed is om kort op de bal te spelen. We hebben dan driemaal een film getoond in het Kaaitheater en daarna zijn we gestart met wekelijkse workshops op dinsdagavond, ook in het Kaaitheater. In de zomervakantie heeft het project vijf weken stilgelegen. Hoewel, niet echt stil, want in die periode schreef Jan het scenario. Oorspronkelijk was het onze bedoeling om deelnemers te laten meeschrijven, maar dat is niet gebeurd. Er was ook geen vraag naar. Na de vakantie moesten we de draad terug oppikken. We belden iedereen op of stuurden een sms. In de workshops daarna werd het scenario voorgelegd aan de acteurs en speelden we met hen verschillende scènes afzonderlijk na. De deelnemers kregen hierdoor een zekere (artistieke) vrijheid, en de regisseurs konden zo beter inschatten wie welke rol zou kunnen invullen. In oktober werden dan de acht draaidagen in blokken van twee dagen ingepland. Die tussenpauzes waren nodig. We werkten immers niet met professionele acteurs, en op die manier konden zij het project nog combineren met werk en gezin. Tussen de laatste draaidag en de première zaten twee maanden voor montage en muziekopnames.”

Dēmos: Hoe verliepen die draaidagen?
Rochette: "Tijdens de draaidagen beschikten we over een volledige professionele filmcrew, bijgestaan door vrijwilligers. De regie en spelcoaching waren in handen van Jan en Jamal. De eerste assistent regie heeft de planning gemaakt. Dat was echt nodig met zo veel acteurs en verschillende locaties. En dan had je nog de tweede assistent regie, de mensen van het licht en geluid, de costumière en de visagiste, enzovoort. De taak van Globe Aroma tijdens de draaidagen was ervoor te zorgen dat mensen op tijd waren en goed omkaderd werden. Voor elke draaidag hebben we de deelnemers nog eens opgebeld. Je voelt dan onmiddellijk aan of ze enthousiast of bang zijn. Sommige mensen werden aan hun deur opgehaald. Er stond ook altijd iemand stand-by met zijn wagen. De deelnemers hebben we tijdens de draaidagen als professionals benaderd. Globe Aroma staat erop om in sociaal-artistieke projecten steeds een budget te voorzien voor de vergoeding van deelnemers. Je verwacht veel van hen, en zij maken je project. We zijn er zeker van dat de deelnemers niet meededen voor de vergoeding, maar toch is dit een belangrijke erkenning wanneer je verwacht dat ze er ook staan als professionals.”

Dēmos: Hoe hebben jullie het project bekendgemaakt, en hoeveel mensen zijn er naar de première gekomen?
Rochette: “We hebben intensief gecommuniceerd naar de media, maar kregen uiteindelijk vooral aandacht van lokale pers. TV Brussel is tijdens de opnames op bezoek gekomen en in Brussel Deze Week stond er een mooi artikel over ons project. Ook op FM Brussel was er aandacht voor de film. We namen tijdens persinterviews altijd minstens twee deelnemers mee, zodat zij ook hun mening konden delen. We wilden nog flyeren om heel diverse mensen uit de buurt van het Kaaitheater en de Noordwijk te mobiliseren om te komen kijken, maar dat is niet gelukt omdat we over te weinig mankracht beschikten. De communicatie voor de première was eigenlijk te laat. De affiche was pas de dag ervoor klaar. We hebben vooral via mail, Facebook en de websites van Globe Aroma en het Kaaitheater gecommuniceerd. Maar uiteindelijk zijn we heel tevreden over ons bereik. De première was heel tof. Er waren zeshonderd toeschouwers, dat is best veel.”

Dēmos: Wat zijn nu de ambities nog voor de verspreiding van de film?
Rochette:“We zullen de film BXL-NORD opsturen naar kortfilmfestivals en cultuur- en gemeenschapscentra in heel Vlaanderen aanschrijven. TV Brussel heeft zich al geëngageerd om de film uit te zenden. Wat we zeker ook nog willen doen is een herneming van de film op een meer toegankelijke locatie in de Noordwijk. Dit zou bijvoorbeeld kunnen in de cinemazaal Pôle Nord, waar dienstencentrum De Harmonie maandelijks een film vertoont. Want uiteindelijk was dat toch de voornaamste ambitie van ons project: mensen uit de wijk zelf betrekken. We moeten het project teruggeven aan de wijk.”

Tekst: An Van den Bergh ism studenten CIMIC Mechelen