Onderzoeksrapport naar functie participatie in het Kunstendecreet

item_left

item_right

Onderzoeksrapport naar functie participatie in het Kunstendecreet

Document

Uit een recent onderzoek in opdracht van de Vlaamse Overheid naar de invulling van en de functie participatie blijkt dat Vlaanderen een rijke participatiepraktijk heeft, maar dat het vaak nog onduidelijk is welke vormen van participatie onder de functie 'participatie' worden gehonoreerd. Deze onduidelijkheid is er zowel bij de organisaties, de beoordelingscommissie als bij het beleid.


KvK2016 © Bart Van der Moeren

Het onderzoek dat afgerond is in juni 2017 geeft aan dat "het expliciet opnemen van participatie in het Kunstendecreet tot nieuwe aanzetten en kruisbestuivingen kan leiden". Maar ook: "Om die rijkdom te beschermen en de aanzetten tot volle bloei te brengen, moet de invulling en beoordeling van participatie in het Kunstendecreet evenwel worden aangepast. Het onderzoek toont aan dat het zowel voor de organisaties als voor de beoordelingscommissies onduidelijk is welke vormen van participatie onder de functie participatie worden gehonoreerd (en in sommige gevallen: wat zoal onder participatie kan worden begrepen). Lezing van de verschillende beleidsinstrumenten toont aan dat er daarover ook onduidelijkheid bestaat bij het beleid."

Begripsverwarring

Er is ook sprake van een grote begripsverwarring bij termen die met participatie worden geassocieerd. "Hierdoor wordt de participatiepraktijk soms te onduidelijk beschreven, worden bepaalde participatieve praktijken onderbelicht, en worden bepaalde aspecten van participatie (te) weinig of (te) verschillend gehonoreerd. Het is met andere woorden noodzakelijk om te verduidelijken welke vormen van participatie onder de functie participatie worden gehonoreerd, welke vormen van participatie elders een plaats vinden en welke vormen van participatie hier eventueel buiten vallen, en wat er daar dan mee moet gebeuren."

Een van de functies in het Kunstendecreet van 4 december 2013 is 'participatie'. In de vroegere regelgeving was participatie beperkt tot twee disciplines: sociaal-artistiek werk en kunsteducatie. De definitie van participatie als functie maakt een bredere invulling mogelijk. In het najaar van 2015 werden voor het eerst dossiers ingediend voor structurele ondersteuning op basis van de nieuwe regelgeving. Daarna wilde de Vlaamse overheid inzicht krijgen in de manier waarop de functie participatie werd ingevuld, zowel in de ingediende dossiers als in de beoordelingsprocedure. Daartoe gaf zij een onderzoeksopdracht.

De Memorie van Toelichting bij het Kunstendecreet stelt dat “participatie vertrekt van de expliciete zorg voor het toegankelijk maken en het actief betrekken van diverse publieken waarbij aandacht gaat naar meer kwaliteit en grotere intensiteit van het deelnemen en het aanspreken van nieuwe doelgroepen. De participant wordt sterk geëngageerd bij de uitvoering van het proces. De betrokkenheid van de doelgroep en de procesmatige benadering zijn even belangrijk als het artistieke resultaat. De participatieve methodes die hiervoor nodig zijn kunnen van sociaal-artistieke of kunsteducatieve aard zijn, maar deze functie beperkt zich hier niet toe.”

Het onderzoek bestond uit drie delen:

  • De 78 dossiers waarin de functie participatie werd aangekruist, werden gescreend om te zien hoe de functie participatie werd ingevuld. Vervolgens werd er gekeken hoe de verschillende commissies deze functie beoordeelden.
  • Daarna werden de organisaties die de functie in hun dossiers aankruisten bevraagd om te achterhalen waarom zij de functie hadden aangekruist en hoe zij ze invulden. Zo kregen we een zicht op de manier waarop er in de kunstensector naar participatie wordt gekeken.
  • Ten slotte ontwikkelden de onderzoekers een kader dat de indieners en de beoordelaars in staat moet stellen de functie in haar breedte te omschrijven en te beoordelen.

Lees en/of download het onderzoeksrapport in de bijlage hieronder.

Leestip:

In onze artikelenreeks 'Het DNA van participatie' kan je lezen over de impact van participatie op organisatieniveau.