'Vrije tijd werkt niet onder strakke voorwaarden'

item_left

Vrije tijd werkt niet onder strakke voorwaarden Ellen De Ceuster

item_right

'Vrije tijd werkt niet onder strakke voorwaarden'

Document

Verslag van onze stagiaire Ellen De Ceuster

In de voorbije maanden bezocht Ellen De Ceuster voor haar stageopdracht twaalf lidorganisaties van het Fonds Vrijeijdsparticipatie. Met sommige van hen heeft het Fonds een jarenlange band. Andere bezoeken waren een eerste kennismaking. Die twaalf organisaties zijn een klein deel van het grotere aantal dat we bereiken. Het aantal lidorganisaties groeide de afgelopen drie jaren van 850 naar 1008. Zelf na het groot opgezette VrijUIt Forum in het Zuiderpershuis (januari 2018) blijven we nieuwe mensen en werkingen ontmoeten.

Ellen stelde gerichte vragen. Tijdens haar gesprekken kwamen drie thema's aan bod: (1) Welke betekenis geven jullie aan vrije tijd? (2) Welke plaats krijgt vrije tijd in jullie werking? (3) En hoe zijn jullie lokaal en bovenlokaal vernetwerkt? Centraal in de vragen stond de dienstverlening van het Fonds. Die spitst zich nu in hoofdzaak toe op het wegwerken van financiële drempels naar bovenlokale culturele en sportieve evenementen. Voor vele lidorganisaties blijft dit een essentiële schakel in hun werking. Voor anderen is onze dienstverlening vooral een kans die ze mensen in armoede niet willen ontzeggen.

(Lees verder onder de afbeelding)

Vrije tijd werkt niet onder strakke voorwaarden Ellen De Ceuster

Opvallend is de grote diversiteit binnen onze lidorganisaties op vlak van doelgroep, organisatievorm, schaalgrootte en bereik. In grote lijnen zien we drie soorten lidorganisaties. Er zijn open werkingen waar mensen vrij kunnen op aansluiten: buurt- en projectenwerkingen, verenigingen waar armen het woord nemen, welzijnsschakels, jeugdwelzijnswerkingen… Ten tweede onderscheiden we binnen die open werkingen de Rap op Stap kantoren: leden die een loketfunctie inpassen in hun werking. En als laatste zijn er de gesloten werkingen (zorgvoorzieningen en sociale dienstverleners) met een duidelijk afgebakend doelpubliek.

Welke betekenis geven jullie aan vrije tijd?

De vrijetijdswerkingen van onze leden laten zich best begrijpen op een continuüm. Aan de ene kant staat een functionele invulling van vrije tijd: als zinvolle dagbestedingen, om sociale contacten op te bouwen, te werken aan cohesie, om ontspanning in te passen in zorg en herstel... Aan de andere kant ligt 'vrije tijd als waarde': vrije tijd als grondrecht, als hefboom voor maatschappelijke participatie, voor ontplooiing en emancipatie, voor een individu of groep, met een focus op ontmoeting, plezier, geluk en zingeving.

"De functionele benadering is niet tegenstrijdig met de ‘vrije tijd op zich’-benadering”, stelt De Ceuster. Maar ze ontdekt wel spanning tussen de uitersten van het continuüm.

Functionaliteit en waarde zoeken een evenwicht. Wanneer vrije tijd in een strak middel-doelkarakter vervalt, gaat het misschien voorbij aan de beleving van het individu. Vrije tijd werkt niet onder strakke voorwaarden. Maar omgekeerd mag er ook geen klant-relatie ontstaan. Lidorganisaties moeten dus bewust omgaan met de context waarin ze vrije tijd aanbieden. Dat vraagt om afweging en keuzes.

Welke plaats krijgt vrije tijd in jullie werking?

Wat vrije tijd betekent voor een lidorganisatie, heeft ook invloed op de plaats die het krijgt in de werking. In de meest lidorganisaties wordt het vrijetijdsaanbod gericht bijeengebracht (via werkgroepvergaderingen, een redactieraad of inspraakmomenten) en herverpakt op maat van hun doelpubliek. Hun eigen activiteiten en een lokaal aanbod vullen het aanbod van het Fonds Vrijetijdsparticipatie (bovenlokale evenementen) en Iedereen Verdient Vakantie (vakanties en uitstappen) aan. Al onze lidorganisaties bemiddelen op hun eigen manier tussen een breed vrijetijdsaanbod en de vragen en noden van hun doelpubliek.

Individueel of in groep participeren? Het maakt niet uit voor onze leden. De gedeelde wensdroom is maatwerk. En meestal lukt dat. Grootste rem is de capaciteit van lidorganisaties. Maatwerk vraagt veel werkuren. Die worden opgenomen door betaalde krachten, vaak bijgestaan door vrijwilligers. Continuïteit aanhouden in de vrijetijdswerking is voor verschillende leden een constante zorg en uitdaging.

Hoe zijn jullie lokaal en bovenlokaal vernetwerkt?

Het is voor niemand evident om op de hoogte te blijven van betaalbaar lokaal en bovenlokaal vrijetijdsaanbod, bijhorende kortingssystemen en hun administratieve afhandeling. Maar onze leden bevinden zich op vlak van vrije tijd niet in een vacuüm.

Ze hebben een neus voor goeie deals. Eenmaal de systemen van het Fonds Vrijetijdsparticipatie en Iedereen Verdient Vakantie gekend zijn, is de trein vertrokken. Lokaal is het nog vaak zoeken. Een sterk uitgebouwd lokaal netwerk, met linken in de stadsdiensten, concrete contacten en partnerschappen is heel belangrijk.

We stellen vast dat de dienstverlening van het Fonds Vrijetijdsparticipatie inhaakt op het kruispunt tussen lokale en bovenlokale dynamieken. Dat werkt het best in een ‘vertrouwde omgeving’ volgens De Ceuster. Het is makkelijker voor mensen in armoede om zich in te schrijven als ze de gezichten achter de verschillende diensten herkennen. Dat is overal en voor iedereen zo.

Wat moeten we nog weten?

Een goeie dialoog met onze leden en een performante dienstverlening. Dat verwachten de leden van het Fonds Vrijetijdsparticipatie. Er zit winst in een sterk netwerk op lokaal niveau. Leden willen elkaar en vooral lokale actoren en diensten meer ontmoeten in zowel formele als informele structuren.

Dit alles leerden we uit het stageverslag van Ellen De Ceuster. Ze deed dit veldwerk tussen oktober 2018 en februari 2019 in het kader van de opleiding van het voorbereidingsprogramma tot Master in Sociaal Werk. Het volledige document kan je onderaan deze pagina downloaden.