Demos is een team nomadische kenniswerkers. We volgen maatschappelijke ontwikkelingen die de cultuur-, jeugdwerk- en sportsector vormgeven en werken aan gelijkheid en participatie. We staan voor cultuur, jeugdwerk en sport die aansturen op maatschappelijke veranderingen en bouwen aan een meer open, inclusieve en democratische samenleving.
Sociaal-sportief in mijn gemeente?
item_left
item_right
Sociaal-sportief in mijn gemeente?
Hoewel de praktijk ongetwijfeld zo oud is als de bewegende mensheid, is het begrip 'sociaal-sportief' relatief recent. Het is ontstaan vanuit de nood om organisaties en werkingen die sport en beweging als middel inzetten om sociale inclusie en cohesie te bevorderen, een identiteit te geven.
Vandaag kan je ze over heel Vlaanderen en Brussel vinden en ontgroeien velen van hen stilaan hun kinderschoenen.
Maar hoe ga je als gemeente om met organisaties en werkingen die ergens tussen sport, jeugd en welzijn zitten? Die ook niet willen of kunnen in een hokje ondergebracht worden, maar zich net het best voelen op dat kruispunt. Die zeker nood hebben aan ondersteuning, maar zich niet laten vatten door een kader waar andere sportclubs, jeugdwerkingen of welzijnsorganisaties wel gemakkelijker in te passen zijn.
Dit artikel verscheen in het congresnummer van Netwerk Lokaal Sportbeleid aansluitend op een sessie 'landelijke gemeenten: nood aan inclusief werken'.
Tekst: Gijs Justaert, Els De Smet, Ricardo Naeyaert, Jens Beresole
Diepgang Zelzate:"it takes a village to raise a child"
Bij KVV Zelzate ging de bel een aantal jaren geleden aan het rinkelen. Ze wisten natuurlijk wel dat de gemeente qua cijfers hoger dan gemiddeld scoort op vlak van kinderarmoede, mensen met divers culturele achtergrond, jongeren met recht op verhoogde tegemoetkoming... Maar de club voelde meer en meer dat er moest gewerkt worden met die jongeren, ook buiten de sport, om hun leden aan zich te binden en blijvend te motiveren. KVV zocht samenwerking met SAAMO Oost-Vlaanderen, een organisatie die uitsluiting aanpakt, om samen met hun opbouwwerkers te bekijken hoe beide organisaties elkaar kunnen versterken. Met de jongeren en sport centraal. Wat begon met de organisatie van straatvoetbaltoernooien en recreatief voetbal, groeide al snel uit tot een echte samenwerking: Diepgang, een sociaal-sportieve werking met intussen vijf partners, waaronder ook de gemeente Zelzate.
En na amper een jaar ziet Diepgang al het verschil: de jongeren kennen elkaar beter, zoeken elkaar meer op ook over de leeftijden heen en jongeren die voordien niet sportten of zelfs sociaal wat geïsoleerd waren, komen erbij. "Met kleine stappen vooruit, hebben we al heel veel kunnen bereiken. Het is belangrijk om te zien dat elke kleine stop een stop vooruit is," zegt Els De Smet, sportfunctionaris van Zelzate. "It takes a village to raise a child. Met hoe meer mensen je rond de jongeren kunt staan, hoe meer je kan betekenen," zo luidt de leuze van Diepgang.
Bekijk het filmpje over Diepgang.
"Gebruik elkaars sterktes en zorg op basis van die sterktes voor een goede taakverdeling"
Enkele ingrediënten
- Met samenwerking start alles. Voor uitdagingen waar je niet meteen zelf de antwoorden op hebt, is samenwerking zoeken met een partner die misschien wel die expertise in huis heeft, een belangrijke eerste stop. KVV stapte naar SAAMO, want die had ervaring in werken met jongeren in minder evidente situaties. De Lions in Zedelgem fusioneerden met rolstoelbasket waardoor hun werking werd aangepast, gericht op volledige inclusie.
- Gebruik elkaars sterktes en zorg op basis van die sterktes voor een goede taakverdeling. De ene blinkt uit in sport, terwijl de andere partner misschien sterk is in het bereiken van jongeren die je zelf niet bereikt. Nog een andere partner heeft misschien een logistieke meerwaarde: een terrein of lokaal, een busje of goede communicatiekanalen. Of wie weet, toegang tot mogelijke financiering. Elke bijdrage is belangrijk, het komt erop aan ze bij elkaar te leggen en goed op elkaar te laten inhaken.
- Werk integraal. Mensen zoeken aansluiting bij sociaal-sportieve werkingen omdat ze graag bewegen en aan sport doen, maar ook omdat ze er sterker uitkomen, ook op andere vlakken. Door initiatieven als studiebegeleiding voor jongeren, soms administratieve raad en daad, een luisterend oor... Mensen voelen zich aangesproken door het aanbod, maar voelen zich ook veilig door de aard van de werking, en de aanpak die breder gaat dan een andere sportclub.
En als gemeente?
Als gemeente zijn er heel wat hefbomen om sociaal-sportieve initiatieven of werkingen te ondersteunen. Hoewel ze veelal in stedelijke contexten ontstonden, zien we vandaag ook in meer landelijke gemeenten werkingen ontstaan en groter worden, zoals de Lions in Zedelgem en Diepgang in Zelzate. Vanuit dynamieken en lokale contexten zoals beide voorbeelden aantonen.
Hoe ga je als gemeente aan de slag met sociaal-sportieve werkingen? Hierbij alvast enkele mogelijkheden.
- Als gemeente heb je heel wat hefbomen in handen als verbinder. Je kan sociaal-sportieve werkingen in contact brengen met andere sportclubs, maar ook met sociale organisaties of de eigen sociale diensten van de gemeente, zodat er een samenwerking kan ontstaan. Als gemeente kan je die samenwerking stimuleren, maar ook een rol opnemen: op vlak van logistieke of materiele ondersteuning, infrastructuur of communicatie.
- Als promotor van sociaal-sportieve werkingen kan een gemeente ook heel wat betekenen. Dat begint vaak bij het erkennen van de werkingen. Sociaal-sportieve praktijken zijn relatief nieuw en door hun kruispunt-identiteit vallen ze vaak tussen de mazen van het net. Hen erkennen is dus een belangrijke eerste stap, hen een plaats geven als vereniging in de gemeente en samen met andere relevante diensten binnen de gemeente bekijk je best hoe je hen kan versterken. Als gemeente heb je ook een hefboom naar het bovenlokale en het Vlaamse niveau, waar misschien wel opportuniteiten liggen voor de sociaal-sportieve werking. Zo maakte de gemeente Zelzate de link met het 'Plan Samenleven' van de Vlaamse overheid, waardoor er een financiële incentive ondersteuning mogelijk was voor hun werking. Vaak zien we sociaal-sportieve werkingen terugkomen in Vlaamse of Brusselse projectoproepen, zoals het Plan Samenleven, Bondgenotennetwerken tegen kinderarmoede of de Brusselse Broedplekken. Het promoten van dergelijke mogelijkheden bij sociaal-sportief is iets waar de gemeente een sterke rol kan spelen.
- Natuurlijk is de rol als concrete ondersteuner heel belangrijk. Dan gaat het om financiële ondersteuning. Een rapport van Demos vzw en het Vlaamse Sociaal-Sportieve Platform uit 2023 toonde aan dat heel wat sociaal-sportieve werkingen zich in precaire toestand bevinden, omwille van de moeilijke toegang tot financiering. Steden en gemeenten beschikken niet altijd over een aangepast subsidiekader om werkingen die op een kruispunt staan te ondersteunen. In sommige steden en gemeenten werd het subsidiekader al aangepast om hen ook mee op te nemen. Daarnaast zijn bestaande systemen van financiële tegemoetkoming van gezinnen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties, zoals UITPAS, een mogelijkheid om de financiële draagkracht van de sociaal-sportieve werkingen te versterken. Ze werken immers met doelgroepen die het vaak financieel minder evident hebben. Een financiële tegemoetkoming voor bijvoorbeeld het lidgeld kan hen zeker ademruimte geven¨.
"Als gemeente heb je heel wat hefbomen in handen als verbinder"
Zedelgem Lions: van sportclub naar sociaal-sportief
De Zedelgem Lions waren een gewone basketbalclub. Een kleine gezellige club met basket als aanbod. Tot ze in 2012 fusioneerde met een rolstoelbasket-initiatief, toen ging het ineens snel. Want voor mensen in een rolstoel kwam er opeens een aanbod in een regio waar dat volledig ontbrak. Door de fusie kwam er ineens ook meer aandacht voor de club. Van 80 leden groeide de Lions tot intussen 650 leden. Heel wat mensen in een rolstoel kwamen aankloppen bij de Lions, ook met een grote vraag voor andere sporten. En dus breidde de Lions hun aanbod uit en zocht ze manieren om zoveel mogelijk drempels weg te nemen.
"In het begin hebben we eigenlijk puur ad hoc ingezet op G-sporten. Vragen kwamen, en we zochten een oplossing," zegt Ricardo Naeyaert van de Lions. "Maar door de toenemende vragen zijn we meer structurele antwoorden gaan zoeken en hebben we een echt beleid en plan opgemaakt als club. Zo kunnen we heel wat professioneler werken. Als je serieus wil werken aan inclusie en de mensen niet op een eiland wil laten staan, moet je er een echt beleid van maken als club, opvolging aan geven en uitdragen met de hele club en bestuur," besluit Ricardo. Ook daar kan een gemeente heel wat doen om een club te ondersteunen.