Demos is een team nomadische kenniswerkers. We volgen maatschappelijke ontwikkelingen die de cultuur-, jeugdwerk- en sportsector vormgeven en werken aan gelijkheid en participatie. We staan voor cultuur, jeugdwerk en sport die aansturen op maatschappelijke veranderingen en bouwen aan een meer open, inclusieve en democratische samenleving.
Achteraan in de rij in de rush op een zomerkamp
item_left
item_right
Achteraan in de rij in de rush op een zomerkamp
Vorig week verscheen een opiniestuk van Benedikte Van Eeghem op VRTNWS over de heksentoeren die ze moest uithalen om voor de kinderen een plaatsje te bemachtigen op hun favoriete zomerkamp en over de stress die daarbij komt kijken. En als het voor hoogopgeleide en prima voorbereide mensen als haar al zo moeilijk is, wat moet het dan zijn voor kwetsbare gezinnen, vraagt de auteur zich af.
Het opiniestuk leidde niet echt tot een storm van protest maar verdween geruisloos in de zee van nieuwsfeiten en opinies die ons dagelijks overspoelt. Is dit het nieuwe normaal, dat op kamp gaan een soort survival of the fittest wordt? Of is het is maar vakantie? Een luxe-artikel?
Leve de vakantie, leve de ongelijkheid?
Vakantie is meer dan een extraatje. Het is een deugddoende en waardevolle ervaring, zeker voor mensen in een kwetsbare positie. Het vakantieaanbod voor kinderen en jongeren neemt steeds meer spectaculaire proporties aan. Aangedreven door onderlinge concurrentie lijkt er een soort opbod te ontstaan waarbij het jonge volkje steeds vroeger en steeds intenser kicks en de avonturen kan beleven. De marketing van dit aanbod verloopt uitgekiend en verzorgd, zo stelt Van Eeghem vast: "Het aanbod wordt ... maanden op voorhand ... in geuren en kleuren aangeprezen, met gepersonaliseerde glossy’s en bijhorende toeters en bellen."
Zo'n droomvakantie mag dan ook wat kosten, maar hey, money doesn't matter om kinderen en jongeren een onvergetelijke jeugd te bezorgen! Een internetverbinding en een stevig netwerk zijn steeds meer onmisbaar om een schaarse plek te bemachtigen. En niet te vergeten een flinke portie planning, organisatie en stressbestendigheid.
Zoals Van Eeghem terecht opmerkt, zijn vooral kinderen en jongeren in een kwetsbare positie de dupe van deze evolutie:
"De hamvraag is vooral waar de kwetsbare gezinnen – ook lid van het ziekenfonds – in dit verhaal hun plek krijgen. Misschien beschikken ze thuis niet eens over internet: anno 2019 bestaat dat, jawel. Misschien hebben zij niet het sociale netwerk dat alle registers opentrekt en hun kinderen pusht om een cool kamp te beleven via om het welke aanbieder. Want laten we eerlijk zijn: bij elke organisatie is het pijlsnel knokken om plaats, als die zomerkampen eraan komen. Het aanbod is altijd kleiner dan de vraag, de meest gegeerde themaweken zijn in een vingerknip volgeboekt. Dat die kwetsbare gezinnen weer eens uit de boot vallen, is extra pijnlijk als een verhaal door een ziekenfonds gedragen wordt. Net omdat hun aanbod zo’n beetje ‘voor iedereen’ bedoeld is, niet alleen voor wie digitaal maximaal bij de pinken is. Daar zou een meer sluitende oplossing kunnen voor worden bedacht. Waarom geen unieke boekingscode per gezin, waardoor de kansen over iedereen gelijkgeschakeld worden? Food for thought."
Het is maar vakantie?
Een dak boven je hoofd, eten en drinken, een goede school en een goede job ... Het is allemaal veel essentiëler dan een deugddoende vakantie, dat spreekt voor zich. En toch. We leren steeds beter begrijpen welke negatieve impact armoede en schaarste hebben om hoe mensen zich ontwikkelen en op de keuzes die ze maken. In een filmpje op www.hoopverlening.be legt Peter Adriaenssens haarfijn uit hoe armoede zich vertaalt naar chronische stress en welk effect dit heeft op onze hersenen. Een adempauze in de vorm van een vakantie kan dan een cesuur zijn in die chronische stress, een rustpunt om nieuwe energie te vinden, een glimp op een betere toekomst en een opening om het anders aan te pakken.
Toegang tot het ‘normale’
Als de standaard verhoogt voor wat we als een mooie, heerlijke en zinvolle vakantie voor kinderen zien, dan moeten we kinderen in armoede ook de kansen daarvoor bieden. Dan hebben ook zij recht op de ervaring van een week naar het buitenland of een aantrekkelijke vakantie om bijvoorbeeld te leren zeilen of paardrijden. Om dat waar te maken, moeten we nog meer inzetten op het verlagen van drempels en een zorgvuldige matching tussen de behoeften van het kind en het aanbod. Tegelijk moeten we erover waken dat we als samenleving niet doorschieten in het steeds hoger leggen van de lat.
Herwaardering van het gewone
We vinden ook dat kinderen de ruimte moeten behouden om zelf hun vrije tijd in te vullen. Het is niet nodig om verveling te vermijden. Het is ook niet nodig om een hele vakantie van de ene verbazing in de andere te vallen. We pleiten ervoor om lokale en laagdrempelige activiteiten weer te waarderen. Geef kinderen in hun eigen buurt kansen om elkaar te ontmoeten in een veilige omgeving met een eenvoudige omkadering. Het vakantiegevoel creëren de kinderen grotendeels zelf. We pleiten ervoor om die dagelijkse context te herwaarderen, niet als tweede keuze voor thuisblijvers, maar als een volwaardige vrijetijdsbesteding.
Traject 'Oh nee, vakantie'
Demos doorliep een eigen onderzoekstraject over 'vakantieparticipatie' onder de noemer ‘Oh nee, vakantie’. Ondertussen hebben we deze programmalijn afgerond met een overzichtsdossier en een reeks beleidsaanbevelingen. Met die aanbevelingen willen we vakantieparticipatie prominenter op de agenda plaatsen van Vlaamse, federale en lokale beleidsmakers. We vragen hiermee aandacht voor het recht op vakantie omdat de vakantieperiode nog lang niet voor alle kinderen en jongeren een zalig zorgeloze tijd is. Integendeel, de vakantie lijkt uit te groeien tot een periode waarin de sociale ongelijkheid zich steeds scherper laat voelen. Hier kan je alles gebundeld nalezen.
Beeld: TimDonovan/FWC - CC BY-ND 2.0