Challenge 1: Hoe kunnen we stereotypering en vooroordelen tegengaan?

item_left

(C) UNIA

item_right

Challenge 1: Hoe kunnen we stereotypering en vooroordelen tegengaan?

aline

Het onderzoeksrapport 'Speak out, act in! Ageren tegen racisme en discriminatie' bundelt middels een literatuurstudie en veldbevraging de meest urgente informatie over discriminatie en racisme in het jeugdwerk, sport, cultuur en de jeugdzorg. Op basis van deze info werd zorgvuldig een batterij aan specifieke challenges gedefinieerd die aangepakt worden op de hackathon van 24 en 25 september. Hieronder gaan we in op de challenge over vooroordelen en stereotypering en geven we enkele bevindingen uit het rapport mee als duiding.

Iedereen vormt zich continu een beeld van alle mensen om zich heen. Een politieman van de mensen die hij tegenkomt op straat, een buschaufeur van de passagier en ga zomaar door.  Deze beeldvorming vindt plaats op verschillende manier: door uiterlijke kenmerken, hoe er over groep gepraat worden maar ook op basis van stereotype. Wat vaak gebeurt is dat je een stereotype verbindt aan een oordeel, voordat je iemand of een groep echt hebt leren kennen.  Vooroordelen zijn in essentie een emotionele houding gebaseerd op kenmerken die aan alle mensen van een bepaalde groep worden toegeschreven. Het zijn meningen en houdingen die mensen hebben over andere (groepen) mensen zonder dat ze weten of deze overeenstemmen met de realiteit.

Stereotypen zijn de typering van kenmerken van alle individuen van een groep mensen waarbij die bovendien ‘overdreven’ worden. Het zijn veralgemeningen waarbij individuele verschillen naar de achtergrond geduwd worden.  Stereotypen zijn zeer hardnekkig. Voor de klassieke “uitzonderingen” die mensen maken op hun stereotypes –in de stijl van “Maar mijn buur is wel OK, er zijn ook goeie” hanteren mensen een subcategorie van ‘afwijkende personen’ waardoor het stereotype zelf voor hen intact blijft.Er moet bij het uitwerken van interventies tegen racisme en discriminatie rekening mee gehouden worden dat mensen -zeker kinderen en jongeren- op een andere wijze vooroordelen ontwikkelen wanneer ze tot een minderheidsgroep dan wel tot een meerderheidsgroep behoren. De vooroordelen die binnen een minderheidsgroep leven zijn vaak ook gekleurd door ervaringen met discriminatie. Bij de meerderheidsgroep speelt dat minder.Zowel vooroordelen als stereotypering zijn goede voorspellers voor discriminerend gedrag. Dat is niet onbelangrijk: het verminderen van negatieve vooroordelen en stereotypering kunnen mogelijk een effect hebben op negatief discriminerend gedrag.Wanneer we kijken naar de uitkomsten van ons veldonderzoek aangaand discriminatie op basis van persoonskenmerken, blijken vooral uiterlijke kenmerken zoals huidskleur een trigger voor discriminatie te zijn, waarbij 36% van de respondenten aangeeft dat dit een ernstig tot acuut en ernstig probleem is. Genderidentiteit en mentale beperking staan op de respectievelijk tweede en derde plaats maar worden, waarschijnlijk op basis van een veel lagere incidentie, als minder acuut en ernstig ervaren. Vooroordelen (gewogen gemiddelde 3,70 op een schaal van 0 tot 5) en stereotypering (gewogen gemiddelde 3,42) staan met stip aan de leiding van de vormen van discriminatie waarvan de respondenten van onze bevraging aangeven dat ze voorkomen in de sector waarbij ze betrokken zijn. 60% van de respondenten geven aan dat vooroordelen regelmatig tot zeer vaak voorkomen. Voor stereotypering is dat 50%.

Uit de opmerkingen van respondenten weerhouden we volgende elementen:  (we clusteren gelijkaardige uitspraken.)

- Vooroordelen worden niet altijd uitgesproken, vaak zijn ze onderhuids aanwezig.

- Soms zijn vooroordelen zeer expliciet, op het xenofobe af. Zeker wanneer dit het geval is op het niveau van het bestuur  van een organisatie lijdt dit tot expliciete discriminatie en uitsluiting.

- De aandacht voor beperkingen leidt af van de aandacht voor talent.

- Samenwerking en contacten doen vooroordelen (soms) vervagen.

- Er bestaat (soms) een versterkende wisselwerking tussen negatieve ervaringen en vooroordelen.

Hier kan je het rapport verder lezen.

Op de hackathon wordt deze challenge begeleid door: Katarina Jiresova

 Katarina Jiresova is afkomstig uit Slowakije en woont sinds 2013 in België. Zowel in Slowakije als in België heeft ze altijd gewerkt rond mensenrechten en hulpverlening, voornamelijk rond de thema’s: (jonge) mensen die drugs gebruiken, sekswerkers, mensen zonder dak boven hun hoofd, asielzoekers, intrafamiliaal geweld en kinderen en jongeren in kansarme wijken. 

Katarina aan het woord: "Omdat mensenrechten steeds een rode draad hebben gevormd in mijn leven, werk ik nu voor UNIA waar ik de kans krijg om in te zetten op verschillende doelgroepen vanuit een gelijke kansenperspectief.  Ik werk graag op verschillende niveaus/gebieden - als straathoekwerkster en in ontmoetingscentra, en tegelijkertijd als vormingsmedewerkster en op management- en beleidsniveau. Ik heb het altijd erg belangrijk gevonden dat de stem van de “gewone” mens tot de stakeholders op de ministeries komt én gehoord wordt: “not about us without us”. Dat is meteen één van de troeven die het sport-, cultuur- en jeugdwerk kan inzetten. Ik vind het verder cruciaal dat medewerkers uit de non-profit de situatie van hun doelgroep beter leren begrijpen (open blik) en hun expertise aanvaarden, waarderen en actief inzetten.  Ik ga vandaag de boeiende uitdaging aan om met jullie te bespreken hoe we stereotypering en vooroordelen kunnen tegengaan? Een thema dat volgens mij altijd brandend actueel zal blijven, waar al heel veel expertise rond bestaat en dat ook blijft evolueren."